Leusden,
16
juni
2019
|
06:00
Europe/Amsterdam

De ‘E’ van ‘Efficiency’

E-mobiliteit? Als je de ‘E’ leest als eerste letter voor het woord efficiëncy, houdt Porsche zich daar al meer dan vijftig jaar serieus mee bezig. De Porsche 911 E uit 1968 bood kracht en efficiëntie dankzij een nieuw injectiesysteem. Nu ontmoet deze klassieker z’n moderne nazaat: de conceptstudie Mission E. Is dit een klassieker van morgen?

Het onschuldige, engelachtige wit van de conceptstudie steekt schril af tegen het duivelse bordeauxrood van de Porsche 911 E. De engel en de duivel: de rollen lijken verdeeld. De tegenstellingen zijn dan ook legio. Een verbrandingsmotor versus een elektromotor, oud tegen nieuw, twee portieren versus vier, achterwielaandrijving tegen vierwielaandrijving. Wie in zwart en wit denkt ziet alleen de verschillen, terwijl er meer overeenkomsten zijn dan je in eerste instantie denkt.

Tussen de conceptstudie uit 2015 en de klassieker uit 1968 zit een enorm grijs gebied wat het merk Porsche gemaakt heeft tot wat het nu is. Porsche super-vader Ferdinand Porsche experimenteerde al vroeg met elektrische en hybride voertuigen. Zijn zoon vond de eerste Porsche-sportwagen uit; de zeventigste verjaardag daarvan werd vorig jaar wereldwijd gevierd. Als alle Porsches die hem opvolgden waren blijven steken op het niveau van toen, zou niemand meer over het merk uit Zuffenhausen praten. De Porsche 356 met zijn volwassen viercilinder boxermotor was ooit DE Porsche bij uitstek; de 911 werd bij zijn introductie in 1963 zelfs als verraad ervaren. Het was geen 'echte' Porsche, snoven de zelfbenoemde Porsche experts. Nu zien zelfs de allergrootste puristen het anders. Of dat ook het geval zal zijn met de Taycan weten we nog niet, maar laten we deze nieuweling een kans geven om die verstokte klassiekerfans te tonen dat ook dit een pure Porsche is. Als je goed kijkt, is dat veel meer dan alleen de 'E' in de naam van de conceptstudie dat de modellen verbindt. Deze ‘E’ staat ergens voor, toen én nu: efficiëntie.

De Porsche 911 E verving halverwege 1968 de 911 L. Het belangrijkste kenmerk van deze nieuwe versie was het mechanische injectiesysteem van Bosch, dat het motorvermogen van 130 tot 140 pk verhoogde. Het koppel bleef vrijwel onveranderd op 175 Nm, maar was bij een lager toerental beschikbaar. Meer pk’s per kilogram zorgden voor de kracht die bij de luxueuze sportwagen hoorde. Porsche verlengde vanaf modeljaar 1969 de wielbasis waardoor meer interieurruimte ontstond.

Dezelfde doelen

De Taycan volgt dezelfde doelen omdat hij ook efficiënt vermogen met ruimte wil combineren - door gebruik te maken van alle beschikbare nieuwe technologie. Anno 2019 heeft deze Porsche een aandrijfconcept waarvan ze in 1968 alleen maar konden dromen. Heeft het gedachtengoed uit 1968 de conceptstudie mogelijk gemaakt? Hoewel zinloos, is het is voer voor discussie. De Taycan is er bijna; het is de toekomst. Een toekomst die al leuk is als je instapt. Een auto bomvol exquise materialen, ruimte en gevoel - ook als je van klassieke Porsches houdt.

De 911 E wacht in de ochtendnevel van Stuttgart op ons om bereden te worden. Met zijn 140 pk en een top van 215 km/h was dit een auto waarmee je in 1969 rekening diende te houden. Accelereren tot 100 km/h deed deze 911 Einspritzer in negen seconden. Wie het portier opent, ademt de klassieke nuchterheid in van Porsche in die dagen. Geen modieuze tierelantijnen, geen franjes. Vijf ronde meters. Een kale versnellingspook. Hier en daar wat leer. Een luchtgekoelde boxermotor. Dat moest genoeg zijn. Een Porsche uit die tijd ruikt naar een Porsche en voelt ook zo aan. Hij is perfect, op zijn eigen manier. De zescilinder klinkt altijd een beetje hees, de sound wordt gedomineerd door het gejank van de enorme koelvin. Hij is gemakkelijk te besturen dankzij z’n MacPherson voorwielophanging. Drive-by-wire? Nooit van gehoord. Als je onderweg bent, vraag je je af waarom je meer auto nodig hebt. En waarvoor?

De Mission E conceptstudie geeft je de antwoorden, fluisterstil dankzij zijn elektromotor. Iedereen die de portieren in tegengestelde richting opmerkt en de ontbrekende B-stijl en de geavanceerde displaytechnologie ziet, weet het onmiddellijk: dit is meer dan de som der delen. De Mission E is net als wat de 911 toen was: uniek en perfect tot in het detail. Maar is dat genoeg om ooit een klassieker te worden? Dat zal nooit gebeuren, menen puristen. De elektronica van moderne auto's is te gevoelig en de accu’s zijn te zwak. En door de grote verscheidenheid aan uitrustingsdetails kunnen onderdelen later niet meer worden geleverd.

Maar Porsche Classic denkt na over de toekomst en produceert vervangende onderdelen voor zijn klassiekers - waaronder vele delen in 3D-printing. Bijvoorbeeld voor de iconische Porsche 959. Dit is de manier van denken waarmee ook de Taycan ooit de klassiekerstatus zal verwerven. Want batterijen kun je verwisselen en de tijd dat printplaten het begaven, is al lang voorbij. Het is raar om na te denken over de klassiekerstatus van een voertuig dat nog niet eens is gebouwd. Dan toch maar de 911 E? Het is een duivels dilemma.